Na de laatste vouwsessie laat je het deeg ongeveer rijzen op het aanrecht. Het deeg zou in volume ongeveer moeten verdubbelen, maar het hangt af van de temperatuur in je keuken. Hoe warmer het is, hoe sneller het deeg zal rijzen.
Houd je deeg in de gaten. Meestal heeft mijn deeg ongeveer vier uur nodig om te rijzen, afhankelijk van de temperatuur (in de zomer gaat het sneller). Ik let op een paar dingen om te checken of het deeg klaar is met rijzen:
- Ik duw met een natte vinger in het deeg. Als het rustig terug ‘bounced’ en als mijn vingerafdruk in het deeg blijft staan, is het goed. Bounced het heel snel terug, dan is het deeg nog niet goed gerezen. Blijft de deuk in het deeg zitten, dan is het deeg al te ver gerezen.
- Je kunt vaak kleine luchtbellen aan de oppervlakte van het deeg zien. Dit is een goed teken dat het deeg gefermenteerd is en gevuld is met gas van de gist en bacteriën.
- Een goed gerezen deeg verdubbelt (bijna) in volume. Als je het deeg in een doorzichtige kom doet, kun je dit beter in de gaten houden.
- In een doorzichtige kom kan je ook goed zien of er lekker veel kleine bubbels in het deeg zitten.
Dit blijft elke keer weer een beetje spannend, maar door op deze dingen te letten, wordt het makkelijker.